vrijdag 25 april 2014

Eieren

Nu de kinderen iets ouder worden, wordt het voor ons steeds leuker om ze tradities mee te geven. Toen Robin en ik nog met z'n tweeën waren hebben we nooit de moeite genomen om een paastak in huis te halen, maar sinds drie jaar prijkt er vanaf het begin van de lente tot na de paasdagen een mooie tak van een hazelaar, versierd met eieren en kuikentjes, op de kop aan het gordijnrail. Lekker kindvriendelijk, want het is te hoog om de versiersels eruit te plukken, maar laag genoeg om goed te kunnen bekijken. De kinderen vinden de tak zeker de eerste vier dagen van zijn aanwezigheid prachtig, en ik daarom ook. 

Een andere paastraditie die Indy en Morris meer dan leuk bleken te vinden, is eieren zoeken. Na het ontbijt, terwijl ik de kinderen in de kleren hees, is Robin de tuin in gegaan om ze te verstoppen. De eieren, niet de kinderen. Er zaten er negen in het doosje, allemaal mooi geverfd en voorzien van een ophangtouwtje. Indy vertelde dat ze het best spannend vond en Morris sprong enthousiast op en neer terwijl hij 'ei ei ei' riep. Ze namen hun taak erg serieus en gewapend met paashaasoren verzamelden ze als volleerde eierzoekers snel alle negen stuks, waarvan er één in de prullenbak verdween vanwege onherstelbare schade.

'Nu ik papa, jullie moeten weg. Ik ga nu eieren stoppen'. 
Wij taaiden braaf af naar binnen, maar werden door een luid en onmiskenbaar 'OOH NEE!' al vrij vlot weer naar buiten gelokt. Indy verkeerde in lichte staat van paniek, omdat ze een ei in een struikje had verstopt die ze nu ineens niet meer zag liggen. Wij zagen de noodzaak van het vinden van dit ei natuurlijk ook, dus twee paar handen verdwenen in de bosjes. Naast een slak en een spinnenweb, vonden we helaas geen roze of geel ei. We spraken met Indy af dat we eerst de rest zouden gaan zoeken. In het gras, aan de deurklink, bij de schommel, aan het oor van de loop-giraf, nog één in het gras, op de parasolvoet, in het zand en in het kattenluikje vonden we ze. Acht stuks. 
'Hey Indy, we hebben er acht gevonden. Er ligt helemaal niks in de struiken.'
'Oh. Dan was ik denk ik in de war. Kan gebeuren.'

Het tafereel herhaalde zich. Één, twee, drie... Tachtig keer ongeveer. Steeds als Indy ze verstopt had, waarschuwde ze dat het nu wel 'iets moeilijker' was geworden. We vonden ze dan weer op dezelfde plekjes als daarvoor. Hoewel, wij vonden helemaal niets, want dat deed zij wel voor ons. 
'JAAA! Ik heb een ei! JAAA ik heb er nog één! Wat kan ik het goed hè mama?' 
Morris rende achter haar aan en was zielsgelukkig voor zijn grote zus dat ze de eieren zo snel vond. Af en toe, als Indy even de andere kant op keek, wees ik hem snel één aan, zodat hij ook iets in het tasje kon stoppen. Alsof hij zojuist de Staatsloterij had gewonnen vloog hij door de tuin met zijn handen in de lucht. 

Aan het eind van de ochtend hadden we nog vier eieren over, die op tweede, derde, vierde en vijfde paasdag ook allemaal zijn gesneuveld. Wij zochten tot en met gisteren nog steeds naar eieren namelijk. Vandaag wilde Indy ook weer 'met de eieren spelen', maar ik moest haar teleurstellen. Tot groot genoegen van mezelf. Hoewel ik vind dat ik minstens een Oscar verdien voor het enthousiasme waarmee ik steeds meespeelde, was ik er wel klaar mee. 
'Ze zijn stuk schat, dat kan niet meer.'
'Aaah dat is jammer mama, kan je niet andere pakken dan?'
'Nee we hebben geen eieren meer, en de paashaas is ook allang weer weg.'
'De paashaas? Die is echt niet echt hoor, gekke mama!'

De paastak hangt er nog, inclusief eieren. Ik haal ze er gelijk uit, voordat ze die morgen ook wil verstoppen...


Geen opmerkingen:

Een reactie posten