vrijdag 24 oktober 2014

Overwinning

Soms is het goed om jezelf een doel te stellen. Tenminste, voor mij is dat goed. Zo af en toe werkt het voor mij om me voor iets ogenschijnlijk onbereikbaars te stellen. Als extra stok achter de deur moet ik het dan tegen iedereen zeggen, zodat ik er steeds aan herinnerd word en er niet meer onderuit kan. Vooral op het gebied van sport werkt dat. Ik heb het al eerder geschreven, als het om sport gaat ben ik al snel geneigd om de weg van de minste weerstand te kiezen. Ik ben gewoon niet zo sportief. Vroeger op de middelbare school hoorde ik altijd al bij de laatste sukkels die nog even verdeeld moesten worden, en ik kon ze geen gelijk geven ook. 

In maart dit jaar begon ik met Outsanity. Nogal 'insane' voor iemand zoals ik. Hoog gegrepen ook, vond ik zelf. Maar, daar heb je hem weer, af en toe moet je jezelf een doel stellen en je grenzen verleggen. Mijn doel was om dit toch minstens een half jaar vol te houden. In de zomer begon ik er zelfs bij hard te lopen. Extra hardlopen, twee keer in de week, naast de 'standaard' Outsanity die ik al deed. Binnen de kortste keren liep ik 5 km zonder onderbrekingen. Een absolute topprestatie voor mij, want als ik naar de brievenbus moet, pak ik het liefst nog de auto. 

Ik had zó de sportsmaak te pakken, dat ik -na een week nadenken en kort overleg met mijn sportmaatje- toezegde mee te zullen doen aan de Caveman Challenge. Stel je voor: een parcours van 6,66 kilometer door bossen en weilanden, met obstakels om overheen te klimmen of onderdoor te kruipen, met één sleutelwoord: modder! Ik heb normaal gesproken graag de voeten droog en de nagels schoon, maar me een keer uitleven leek me ook wel eens lekker. 

Daar stond ik dan met knikkende knietjes in de startblokken. Ik wilde dat het aftellen eeuwig zou duren, maar na de 3 - 2 - 1 moest ik er toch echt aan geloven. Al na 100 meter tijgerde ik op drassige grond als nooit tevoren onder het prikkeldraad door. Letterlijk als nooit tevoren, want wie bedenkt er zoiets? Als kind was ik heel netjes, ik had dit echt nooit gedaan. Wat een bevrijding, en ik mocht me nog ruim 6,5 kilometer uitsloven! We kwamen muren tegen, waar ik met behulp van de sterke mannen en vrouwen uit mijn team overheen kwam, modderpoelen waar ik enthousiast doorheen banjerde, en zelfs een zeecontainer met steenkoud water waar ik doorheen ben gezwommen. Ik verzwikte mijn enkel bijna twee keer in een hobbelig aardappelveld en het schoot me in mijn rug toen ik van een muur af sprong, maar ik ging door. Dit was mijn doel, en die moest ik behalen.

Ik vond het zwaar, en er waren momenten waarop ik bijna niet meer vooruit kwam. Maar ik was onderdeel van het Outsanity-topteam, en dat hield me overeind. Ik voelde me superstoer, maar realiseerde me ook wel dat ik er allang niet meer stoer uit zag. Eerder uitgeput. Maar toen ik eenmaal over de finish kwam, vóelde ik me niet alleen stoer, toen wás ik het! Ik had mezelf overwonnen en gevoelsmatig rekende ik af met iedereen die mij vroeger op school niet in z'n volley- of handbalteam wilde. 

Inmiddels zijn we een paar dagen verder, en kan ik weer lopen zonder gekweld te worden door pijnlijke spieren. Mijn rug is weer in redelijk normale conditie, de blauwe plekken beginnen al gele randjes te krijgen en mijn nagels zijn weer schoon. Ik denk dat ik wel op tijd hersteld ben voor de volgende editie. 

Waar kan ik me alvast inschrijven?

vrijdag 17 oktober 2014

Zwarte Piet

Er is iets gaande in Nederland. Iets wat volgens mij niemand begrijpt, en wat de spuigaten aan het uitlopen is. Je bent voor of je bent tegen, en ik heb nog niemand gesproken die er niet echt een mening over heeft. Ik heb ook een mening, maar die doet er niet zo toe. Een tijdje geleden nam ik me voor om die lekker voor me te houden en er zeker niet over te gaan bloggen. Maar ja, toen trok Indy ineens een cd van Sinterklaas uit de kast, en werd Zwarte Piet ook bij ons in huis onderwerp van gesprek. 

De kinderen wilden dansen, en Indy moest en zou zelf een cd uitzoeken. Uit de hele collectie koos zij Sinterklaasliedjes. Van die gezapige, door een braaf Goois kinderkoortje gezongen, ouderwetse Sinterklaasliedjes. Billenschuddend en handenklappend liepen ze achter elkaar aan in rondjes en zongen ze uit volle borst mee. 

'Sinterklaasje kom maar binnen met je smet, want we zitten allemaal even recht. 
Misschien heeft u nog even tijd, voordat u weer naar Spanje rijdt.'

'Hey mam', zei Indy ineens, 'Sinterklaas gaat toch altijd met de boot? Die heeft toch geen wielen? Hoe moet die dan rijden?' 
'Tja, dat is een slimme opmerking, dat kan inderdaad niet. Wat een dom liedje eigenlijk he? Maar wat zong je nou verder? Sinterklaasje kom maar binnen met je...?'
'Met je smet, dat is toch goed?'

Daar kon ik haar geen ongelijk in geven. Zwarte Piet is nogal een smet geworden. En eerlijk gezegd denk ik niet dat dat nog goed komt. Wat je mening er ook over is, volgens mij is er geen enkele vorm waarin Zwarte Piet gegoten kan worden, waar iedereen blij mee is. Als alles blijft zoals het was dan zal er gedemonstreerd worden, en als er besloten wordt om Piet een ander uiterlijk te geven, dan zullen de manifestaties tegen de modernisering van het leukste kinderfeest van Nederland op elke hoek van de straat gehouden worden. Het wachten is op de eerste Piet die het ziekenhuis ingeslagen wordt. Welke kleur die zal hebben kan ik niet voorzien. Tolerantie is in deze kwestie heel ver te zoeken. 

En dat is toch wel heel bijzonder. Een land waar meer nationaliteiten naast elkaar leven dan dat er kleuren zijn, is om zo'n ogenschijnlijk onbenullig onderwerp zo in discussie geraakt. De tranen schieten me bijna in mijn ogen als ik bij de Albert Heijn chocolade Zwarte Pietjes zie met kapotgedrukte hoofdjes, naast Sinterklaasjes die nog helemaal intact zijn. En als ik een filmpje voorbij zie komen waarin een blanke man een donkere vrouw een mep verkoopt omdat ze een andere mening heeft, bekruipt me een gevoel van plaatsvervangende schaamte. Met beide types kan je toch geen leuk feest bouwen? Een feest dat notabene voor kinderen is bedoeld, wordt door onbezonnen volwassenen geruïneerd. Doodzonde.

Een tussenweg lijkt er niet te zijn, dus als ik het voor het zeggen had zou ik iedereen willen oproepen om Sinterklaas vooral zo te vieren zoals ze dat zelf willen. Maar vooral om iedereen in zijn waarde te laten. Geef het goede voorbeeld aan de kinderen, en belast ze niet met geouwehoer over de kleur van hun grote held. Geef kinderen de vrijheid om te genieten van de magie van Sinterklaas. Precies zoals het ooit bedoeld was. 

Maar helaas heb ik het niet voor het zeggen...

vrijdag 10 oktober 2014

Piezel

Ze noemden me vroeger Piezel, mijn ouders en mijn zus. En mijn broertje later ook. Ik weet niet of het een correct Nederlands woord is, volgens mij niet, maar ze noemden me zo omdat ik een meester was in het scheiden van alles wat ik niet lekker vond uit mijn eten. De uienringen, stukjes paprika, sliertjes prei en blokjes courgette werden op vakkundige wijze door mij uit de macaroni gevist en op kleur gesorteerd op de rand van mijn bord gelegd. Ik at alleen nog de macaroni met tomatensaus op, waarna ik mezelf met een voldaan gevoel wijs probeerde te maken dat ik toch wel weer goed en gezond had gegeten. Met terugwerkende kracht bied ik hierbij mijn oprechte excuses aan aan mijn moeder, die natuurlijk wel altijd haar best deed om iets verantwoords op tafel te toveren. 

Hoe erg ik ook hoopte dat Indy en Morris deze (zeker voor moeders) nare eigenschap niet van mij geërfd hadden, ben ik bang dat ook zij onderweg zijn om Meesterpiezels te worden. 

Wij aten vanavond pizza. Niks bijzonders, gewoon uit de diepvries. De kinderen deelden een pizzaatje Hawaï, wat op zich een vrij simpele en kindvriendelijke variant is. Indy stond verwachtingsvol voor de oven te springen, maar was ietwat teleurgesteld bij het zien van de ananas. 'Die lust ik niet mama, ik haal ze er wel af.' En Morris voegde er subtiel aan toe: 'Amamas is bah. Mossie ook vies mama!' Ik had terechte twijfel over de oprechtheid van dit klaagzang, maar op deze vrijdagmiddag had ik geen zin om er tegenin te gaan. Misschien een beetje zwak, maar ik ging de discussie uit de weg. Ik liet ze de ananas naast de pizza leggen, en zag hoe ze de rest wel naar binnen werkten. 

Toen mijn pizza uit de oven kwam, toonden de kinderen allebei interesse. 'Wat heb jij voor pizza? Wat is dat rode mama?' Ik vertelde dat het halve cherrytomaatjes waren. 'Oh gatsiedarrie, die vind ik echt vies. Zal ik ze er voor je afhalen?' Mijn reactie was logisch en voorspelbaar: 'Nee, natuurlijk niet! De tomaatjes vind ik ook lekker, ik eet alles van mijn pizza op.' Met verstand keken ze me aan terwijl ik mijn pizza op at, inclusief de tomaatjes. Ze keken naar mij, net zoals ik vroeger naar mijn ouders keek toen zij de uien en paprika zonder pardon naar binnen schoven. Uien en paprika die ik tegenwoordig ook gewoon eet. Niet met heel veel enthousiasme overigens, ik vind het nog steeds vies, maar ik eet het. Heb ik van Robin geleerd. 

Op het boodschappenlijstje voor volgende week staat al één artikel: pizza Margherita. Eens kijken of de kinderen daar ook nog iets vanaf te halen hebben. 

vrijdag 3 oktober 2014

Missen

Vorige week was ik een paar dagen weg. Geen man, geen kinderen, alleen collega's. Ook geen rust trouwens. Trein in, trein uit, hotel in, en uit, lunchen, shoppen, omkleden, eten, stappen... En de dag erna nog zoiets. Groot feest, ongein, leuk gezelschap en onverwachte goede gesprekken. Een supergeslaagd weekend!

Om het jaar gaan we een weekend weg met het werk. Twee jaar geleden stond ik nog stijf van de zwangerschapshormonen met een trillend lipje het thuisfront te bellen. En met een liter tranen over mijn wangen. Nu moest ik bíjna een wekkertje zetten om me eraan te herinneren dat ik de kinderen nog even moest bellen. In geuren en kleuren liet ik me vertellen dat ze papa zo goed hadden geholpen met de boodschappen en dat ze naar de open dag van de brandweer waren geweest. Ik miste ze natuurlijk, maar dat had geen enkele invloed op het weekend. 

Toen ik Indy naar bed bracht maandag kletsten we nog wat, zoals altijd. We hadden het over mijn moeder, die nog vaak verdrietig is om het overlijden van mijn oma. Ze vroeg zich af of ik oma niet miste, want ik hoefde niet meer te huilen. Ik probeerde haar uit te leggen dat ik ook wel verdrietig was om oma Vissertje, maar dat ik dat op een andere manier voel. Zware kost en niet makkelijk om te begrijpen voor een kind van drie. Snel begon ze weer over het weekend. Ze had lief met Morris gespeeld, de brandweermannen waren heel stoer en ze vond het leuk om een cake te bakken met papa. Ik kreeg een dikke knuffel en ze zei dat ze me gemist had.

'Ach lieverd, ik heb jou ook gemist. Maar ik heb het wel fijn gehad.'
'Ja, ik ook hoor mama. En papa is ook heel vaak in een hotel.'
'Weet je Indy, je kan heel goed iemand missen, maar het tóch leuk hebben.'
'Mama, ik denk dat oma dat nog niet weet. Omdat ze steeds moet huilen als ze oma Vissertje mist.'

We knuffelden nog een keer, en ze ging slapen. Wat is ze toch al vreselijk wijs.