vrijdag 20 juni 2014

Strand

Ik kan me niet herinneren dat ik als kind ooit op vakantie ben geweest naar een plek aan zee. Wel aan of vlakbij meren, wat ook heel leuk was, maar nooit echt aan zee. Misschien hou ik er daarom wel zo van. De afgelopen jaren hebben we verschillende zeeën gezien. Vorig jaar kwamen we terecht aan een meer in Frankrijk, maar dit jaar lonkte toch de kust weer. En nu één die we nog niet eerder hadden gezien, de Atlantische, ook weer in La Douce France.

Omdat Indy nog niet naar de basisschool gaat, kunnen we nu nog lekker goedkoop, en bovenal, lekker rustig op vakantie. Ga je een maand later dan wij nu doen, dan ben je minstens € 1000 armer, een hoop filestress rijker, en dan moet je nog maar zien of het je lukt om aan het zwembad een zuurverdiend ligbedje te confisqueren. Ik weet dat dit lot ook aan ons voorbestemd is binnen afzienbare tijd, maar tot het zover is genieten we nog even van de rust en de gevulde portemonnee. Én het overzichtelijke (lees: lege) strand. 

Als strandliefhebbers gooiden we vanochtend de kofferbak van de auto vol met een groot kleed, gevulde koelbox, een lading schepjes en emmertjes en een parasol. We troffen een bijna verlaten strand. Precies zoals ik het graag zie, zodat ik vanaf mijn handdoekje kan werken aan mijn UV-kleurenschema en tegelijkertijd in de gaten kan houden hoe Indy en Morris met een beetje hulp van papa een prachtig, maar enigszins krakkemikkig zandkasteel bouwen. Voordat het zover was moest er eerst ingesmeerd worden, en daar merkte ik al gelijk het eerste nadeel van het strand. De insmeersessie leek een heuse scrub-behandeling. De kinderen klaagden er niet over, en ik ook niet aangezien ik altijd lees dat dat heel goed voor je huid is. Handen even afspoelen in de zee, en door. 

Al snel kwam Indy naar me toe met haar favoriete zin: 'mama, ik moet plassen!'. Ik keek om me heen maar op het hele strand was er geen toilet te bekennen. Twee opties: óf ik vertel haar dat ze dan maar in de grote wc moet plassen die 'zee' heet, óf ik leer haar hoe ze op haar hurken moet plassen. Ik ging voor optie B omdat ik bang was dat ze straks ook in het zwembad de grote gele stroom zou laten stromen. En echt fris is het natuurlijk ook niet, in de zee. Het ging wat onhandig, en omdat ik niet wist hoe ik moest uitleggen hoe ze haar bekken moest kantelen, straalde de plas recht vooruit. Maar ze was van de hoge nood af en het tweede nadeel van het strand werd zo getackeld. 

Toen de kinderen met Robin pootje aan het baden waren en ik eindelijk toe kwam aan mijn broodnodige relax-en-zon-momentje, was er een zwerm beestjes die duidelijk een Lea-klierkwartiertje hadden ingesteld. De ene na de andere strandvlo en mug petste ik met een ferme klap van me af. Het strand is enorm, er zijn zoveel andere plekken waar ze konden gaan zitten, maar ze waren vastberaden in hun keuze voor mij als gezelschap. Erg ondankbaar gezelschap overigens, maar dat kon ze niets schelen. Ik wilde me natuurlijk niet laten kennen en zette door. Ik wilde zonnen, ik zóu zonnen! Na vijf minuten gaf ik me toch gewonnen en ben ik met mijn gezin gaan spelen. Daar word je ook heel bruin van, aan de kinderen te zien. Maar kan iemand me vertellen waarom ik zo dol ben op het strand?

's Middags zijn we op de camping naar het zwembad gegaan. Geen zand, toiletten in de buurt en geen beestjes. Maar ook geen golven om overheen te springen, geen mogelijkheid tot het bouwen van een zandkasteel en geen ruizende zee als achtergrondmuziek als ik mijn ogen sluit. Als ik de balans opmaak kies ik morgen toch weer voor het strand. Die ongemakken neem ik dan maar voor lief. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten